Nu er zoveel over afstand wordt geschreven, wil ik even zelf de jaren overbruggen. In een Brusselse muziektempel nestel ik me in het theaterstoeltje. Ik maak het stil. Dat heb ik dan toch geleerd.
Grenzeloos Toen meneer op reis wou gaan hield ik het avontuur niet tegen elk land kreeg zo mijn zegen over zee en oceaan Maar Mag ik dan zeggen dat ik u mis Mag ik zeggen dat de wereld niet schoon is Mag ik zeggen dat ik niet kan, niet wil Mag ik zeggen dat de wereld niet zo schoon is Als ik mis Dan mis ik u Grenzeloos In die tijd klei ik mezelf want ik wil u datgene geven door nu en dan te leven al is het dan voor mezelf Mag ik dan zeggen dat ik u mis? Mag ik zeggen dat ’t eten niet lekker is Mag ik zeggen wat er speelt, wat er leeft Mag ik zeggen dat er rode wijn teveel is Als ik mis Dan mis ik u Grenzeloos En op de straat koop jij een banaan En op de straat kijkt iedereen u aan want zo een man waarvan ik in schaarste geniet valt op in het straatverdriet Dan mag ik toch zeggen dat ik u mis Dan mag ik zeggen dat er geen ander is Dan u En als die dingen nu zo zijn Ja, dan trouw je toch met mij Zou dat geen sprookje zijn Met u Zo mis ik u En ik wacht op u Want ik hou van u Grenzeloos